5 oktober 2022
Nederlanders zijn sterk verdeeld over de abortusgrens. Zo vindt ruim de helft van de mensen dat de grens voor een abortus om sociale redenen ruim vóór de wettelijke grens van 24 weken zou moeten liggen.
Dat blijkt uit een peiling van onderzoeksbureau DirectResearch onder een representatieve groep van ruim 500 Nederlandse burgers, in opdracht van NPV-Zorg voor leven. Van de Nederlanders is 22 procent van mening dat een abortus om sociale redenen –zoals geen kinderwens of geldgebrek– niet toegestaan zou moeten zijn zodra de hartslag bij het kindje aanwezig is. Dat is vanaf vijf weken na de bevruchting het geval. Nog eens 18 procent vindt een abortus om sociale redenen niet acceptabel wanneer de eicel en zaadcel zijn samengesmolten (de bevruchting) of wanneer het embryo zich heeft ingenesteld – vanaf het prille begin van het leven dus. Dan is er nog een groep van bij elkaar 15 procent die een abortus verwerpelijk vindt zodra alle organen in de basis af zijn of zodra de moeder het kindje kan voelen bewegen in haar buik.
Ruimdenkender
Als het gaat om een afwijking bij het kind, zijn de meeste Nederlanders veel ruimdenkender. Dan vindt slechts 10 procent dat een abortus niet toegestaan zou moeten zijn vanaf de bevruchting of de innesteling, en nog eens 11 procent wanneer de hartslag merkbaar is (vanaf vijf weken). Een op de vijf respondenten (18 procent) vindt dat een abortus om medische redenen acceptabel is totdat het kind buiten de baarmoeder kan overleven. Een even grote groep vindt een abortus zelfs ethisch aanvaardbaar tot de geboorte van het kind aan toe.
De diversiteit in de opvattingen van Nederlanders over abortus vindt mr. Diederik van Dijk, directeur van NPV-Zorg voor Leven, „opvallend, maar niet verrassend.” „Wij doen geregeld straatinterviews over de abortuswetgeving. Dan merk je dat mensen heel genuanceerd over abortus spreken. Ze voelen aan dat het gaat om een levend wezen, en niet om een klompje cellen. Wij hebben altijd al de indruk dat de bevolking terughoudender over abortus denkt dan de mainstream media en politiek, waar abortus vaak als een mensenrecht en een verworvenheid wordt neergezet. Deze onafhankelijke peiling bevestigt dat.”
Verkrachting
Het onderzoek, dat de NPV vrijdag naar buiten bracht, laat volgens Van Dijk zien dat er „wel degelijk aanleiding is om te praten over de 24-wekengrens. Die grens is echt niet meer van deze tijd.” De senator gaat de resultaten delen met politieke partijen en hoopt ze te gebruiken bij een debat in de Eerste Kamer over de abortuspil. Aan de kennis van Nederlanders over de huidige abortuspraktijk schort het nodige, blijkt uit de peiling. Zo meent ongeveer 70 procent van de Nederlanders dat een verkrachting of een afwijking bij het kind in de top drie van belangrijkste redenen voor een abortus staan. De meest voorkomende redenen zijn echter een gezin dat al compleet is, financiële zorgen en gebrek aan huisvesting. Zowel voor- als tegenstanders van abortus geven aan dat ze schrokken toen ze lazen wat de voornaamste redenen voor een abortus zijn. Zo zegt iemand: „De top drie redenen voor abortus vind ik heel erg. Dit kan opgelost worden met goede anticonceptie. Ik vind dit ook geen reden om een kind weg te halen.”
Van Dijk vindt het zorgelijk dat er zo veel onkunde is over abortus. „Dit onderzoek laat zien dat er op dit terrein nog heel wat te winnen valt.” Wat hem betreft ligt daar een taak weggelegd voor niet alleen de NPV, maar ook voor het ministerie en organisaties als kenniscentrum voor seksualiteit Rutgers. „Elke abortus is immers verlies, voor moeder en kind.”
Bron: rd.nl